Aandachtspunten implementatie MFB's

Voor zorgverleners is het van belang dat de MFB’s functioneel worden ondersteund op een manier die past bij hun zorgproces. Hieronder een overzicht van de belangrijkste punten die met deze functionaliteit te maken hebben. Deze zijn ook beschreven in de Implementatierichtlijnen voor de softwareleveranciers.
  • Bij een signaal: het pad dat is doorlopen. Om inzicht te geven op grond van welke gegevens het signaal wordt gegeven.
  • Bij een signaal: precieze gegevens waarop het signaal is gebaseerd, voor zover nuttig. Bijvoorbeeld welk middel in de comedicatie het signaal veroorzaakt.
  • Bij het staken van het middel: in dit geval is het extra belangrijk dat het inzichtelijk is dat het signaal wordt veroorzaakt door het staken van het middel.
  • Als een MFB doorlopen wordt op een moment dat de patiënt er niet is: de signalen dienen beschikbaar te zijn op een moment en een manier die past in de workflow van de zorgverlener.
    Deze situatie kan zich voordoen indien:
    • Nieuwe gegevens binnenkomen die van invloed zijn op de uitkomst van de MFB, zoals een nieuwe labwaarde.
    • In de MFB is aangegeven dat deze op een later moment dan bij het aan/voorschrijven doorlopen dient te worden.
  • MFB’s op een zelf gekozen moment laten doorlopen: het kan gewenst zijn om (een deel van de) MFB’s bij (een deel van de) patiënten te laten doorlopen op een zelf gekozen moment. Bijvoorbeeld ten behoeve van een medicatiereview of om een bepaalde patiëntenpopulatie door te lichten.
  • Updates van MFB’s: bij updates van MFB’s wordt een nieuwe versie in de G-Standaard toegevoegd. De oude blijft bestaan, maar de software dient in principe zo snel mogelijk van de nieuwe versie van de MFB gebruik te maken. Indien met een oudere versie wordt gewerkt, dient dit inzichtelijk te zijn.
  • Groeperen: MFB’s hebben ‘labels’ om ze te kunnen groeperen. Zoals een label ‘maagbescherming’ of ‘interactie’.